Historie van de kerk

Geraamten, knekels en 'reuzen' in Meedhuizen...

Monniken uit een nabijgelegen klooster bouwden in ‘Mithuysen’ in de tweede helft van de dertiende eeuw een zaalkerk – zonder toren en met een dak van drie koepelgewelven van metselwerk – gewijd aan de heilige Laurentius. Rond 1700 werd de kerk ingrijpend verbouwd; de topgevels en koepelgewelven werden verwijderd en twee steunbeuren werden geplaatst om tegenwicht te bieden aan de sterk hellende noordmuur. Tegenwoordig is één daarvan nog zichtbaar. In de kerk zijn er nog diverse sporen van de oorspronkelijke kerk zichtbaar, zoals twee hagioscopen, een piscina en pijlers voor de gewelven. Stukken eikenhout vertellen ons waar het koorhek oorspronkelijk zat en in de lange muur zijn twee gaten zichtbaar gelaten, om aan te geven waar ooit de mannen- en vrouwenpoorten zaten. Zes eeuwen na de bouw werd er in 1803 een westtoren toegevoegd aan de kerk, die in de twintigste eeuw werd voorzien van een klamplaag. Oude krantenberichtjes vertellen ons dat de kerk ooit volledig omgeven was door een gracht en te midden stond van ‘hooge boomen’.  

Toen in 1896 de achtermuur van de kerk werd afgebroken, kreeg de koster de schrik van zijn leven; drie geraamten, die blijkbaar in staande houding in de tussenruimte waren ingemetseld, tuimelden naar voren. De koster verklaarde geschrokken; “t Wazzen reuzen, want ik heb nog nooit zoks groote menschen en geraamten zain!”. Wie of waarom is tot op de dag van vandaag onduidelijk. De beenderen werden begraven op het oude kerkhof, vlak naast de plek waar hun rust zo ruw verstoord werd. En ook in 2010, bij de restauratie van de (holle) steunbeer, vond men skeletten. Wellicht was daar ooit een knekelruimte, al kon de toegang niet achterhaald worden…

 

Bronnen; http://www.midhoester.nl/grunnegers/een-stukje-historie-van-de-kerk-van-meedhuizen.html en http://www.dbnl.org/tekst/sten009monu04_01/sten009monu04_01_0067.php